nleiding door Joost Groeneveld: Waardebepaling van bedrijven.

Joost Groeneveld startte zijn inleiding met de mededeling dat hij naast register accountant ook register valuator is en hier ligt de link met letselschade. Want in situaties van schadebepaling en oplossing van geschillen ontmoeten wij elkaar. Geschiloplossing kan bestaan uit bemiddeling, bindend advies, arbitrage of een schadestaatprocedure. Voor de schadebepaling is van belang te weten dat schade is verlies aan waarde als gevolg van een toerekenbare oorzaak. De principes van waardebepaling gelden dus ook voor die van schadevaststelling. Een toerekenbare oorzaak is soms helder, maar ook soms een keten van oorzaken, waaronder het letsel. In dat laatste geval is het dus van belang vast te stellen welk deel van de schade aan het letsel is toe te rekenen. Bij het bepalen van waarde is het van belang te weten dat er vele soorten van waarde zijn, zoals emotioneel, historisch, juridisch, economisch, financieel-economisch en boekhoudkundig. Van deze waarden zijn eigenlijk alleen de juridische en financieel economische van belang. Soms zijn zaken ook waardeloos, dan is er dus ook geen schade. Verder grapte Joost Groeneveld dat alles waar “boek” voor staat geen waarde heeft, zoals boekwaarde en boekwinst, zie ook “boekenwijsheid”. Het juridische waardebegrip ofwel in Nederland geldend: waarde in het economisch verkeer, is lastig te bepalen. Een betere omschrijving zou zijn de in de USA geldende en wel “fair market value” ofwel naar redelijkheid en billijkheid.

 

Een andere omschrijving van waarde is betekenis. Zo betekent financiële economie: geld en oriëntatie op de toekomst: tijd en verwachting en risico: risico. Waarde van de onderneming is dus ook te omschrijven als: geld, tijd en risico. De ondernemer is alleen verantwoordelijk voor waarde, neemt hij een te hoog risico dan is de onderneming waardeloos. De ondernemingskamer zegt in haar arrest van 9 december 1999 dat waarderen op basis van gemiddelden (balans en resultatenrekening) niet kan. Waardebepaling van aandelen moet op basis van vrije kasstroom gebeuren. De vrije kasstroom is gebaseerd op een toekomstprojectie van opbrengsten, kosten en investeringen, die bij voortzetting van het bedrijf met een verantwoord beleid zouden kunnen worden verkregen. Dit betekent dus dat altijd twee situaties vergeleken moeten worden en wel de economische waarde van de onderneming bij ongestoorde bedrijfsvoering met de economische waarde van de onderneming rekening houdend met extra uitgaven en gewijzigd risicoprofiel bij gestoorde bedrijfsvoering.

Als letsel de schade-oorzaak  is, kan het gevolg zijn verlies aan ontvangsten, bijkomende kosten en verlies aan waarde  Het verlies aan ontvangsten is te beoordelen op basis van het verlies aan inkomsten. Het verlies aan waarde valt in twee stukken uiteen, tw het verlies aan waarde in de onderneming en aan waarde van de aandelen in de vennootschap. De risicofactor zou kunnen worden bepaald aan de hand van de interest. Van belang is te weten dat de waarde subjectief is (positionering) en dat de waarde veranderlijk is (situering/omstandigheden) en dat “in het verleden behaalde rendementen geen garantie vormen voor de toekomst….”. Waardebegrippen zijn op basis van economie en op basis van accounting uit te leggen, zoals je ook kunt waarderen op basis van economie en accounting met als gevolg een economische balans en een (accounting) boekhoudkundige balans. Voor de beoordeling van schade dien je op basis van de economische waardebegrippen en niet op basis van accounting te analyseren. Winst is nl een schijnbeweging van geld, bijvoorbeeld beïnvloed door afschrijvingen. Winst is kneedbaar. Van belang is te kijken naar de geldstromen binnen de onderneming. Kijk dus niet zozeer  naar de kosten en de gemiste winst, maar naar de directe schade bestaande uit uitgaven met een investeringskarakter en naar de indirecte schade bestaande uit uitgaven zonder investeringskarakter bijvoorbeeld lopende kosten (salarissen) zonder inkomsten en naar gemiste ontvangsten vanaf schademoment. En let op bij economische schade lijken de berekeningen op het eerste gezicht plausibel en onderbouwd, echter dubbeltellingen zijn minder zichtbaar en vaak zijn de berekeningen de redeneringen erg ingewikkeld en niet doorzichtig.

Na deze inleiding vervolgde Bart Prinsen met juridische aspecten. In de wet is geen definitie te vinden van de waarde van een onderneming. Wel wordt er iets gezegd over de waarde van de aandelen en wel dat deze objectief bepaald moeten worden. De ondernemingsrechtelijke visie op waarde in een onderneming is ook de samenwerking tussen de eigenaren van een bedrijf. De waarde van een onderneming is van belang voor de continuïteit van de vennootschap. Ook de winst uiteraard, de wet zegt hierover dat er (winst) geld uit de onderneming mag worden gehaald, zolang dit verdedigbaar is, maar wel onverschuldigd. Het behoorlijk beheren van een onderneming is wel geregeld in de wet. Ingeval van problemen dient een ondernemingsplan te worden geschreven voor het behoud van de onderneming en de continuïteit van de werkgelegenheid. Ingeval van een bedreigde continuïteit dient het plan aan een bank te worden voorgelegd. Als de bank er geen heil in ziet, dient de bank dit gemotiveerd weer te geven ten behoeve van doorverwijziging ingeval van aansprakelijkheid.

Het instrumentarium wat de wetgever biedt op het gebied van ondernemingsrecht en risico´s is veel te beperkt. Momenteel wordt het BV recht herzien, wellicht dat verzekeraars zich kunnen mengen in de discussie rond het nieuwe BV recht, door ingeval van letsel en een bedreigde continuïteit bijvoorbeeld interim-management te regelen.

Verder gaf Bart Prinsen aan dat winst geen geld is maar een waarde en bovendien kneedbaar. Winst is nl opbrengst min kosten, maar wat is de opbrengst, die is nl niet gelijk aan de inkomsten en wat zijn de kosten, die zijn immers niet gelijk aan de uitgaven. En wanneer moet de waarde van een onderneming worden vastgesteld ingeval van problemen, zoals bijvoorbeeld een echtscheiding. Volgens de wet is dat op het moment dat er een echtscheidingsvonnis is. Volgens de economie echter is dat op het moment dat het probleem manifest wordt en dat kan vele maanden of jaren eerder zijn dan een echtscheidingsvonnis.

Na de inleidingen volgde nog een levendige discussie. Onder andere kwam aan de orde of bij de bepaling van een waarde en/of schade ook naar marktgegevens wordt gekeken. Dit werd bevestigd maar van een groter belang is voor de bepaling, wat de plannen van de ondernemer zijn of waren en welke stappen daartoe al ondernomen werden, ofwel een degelijk onderzoek naar de onderneming en de ondernemer.

Jacques Noorman besloot de vergadering rond 2100 uur onder dankzegging aan zowel de gastheer als beide inleiders voor de uitstekende invulling van de avond.