Annemiek van Reenen

Hofmans

Nadat ik een aantal jaren lid van het NIS was geweest, kreeg ik de kans om bestuurslid te worden. Het leek mij een perfecte manier om zo een bijdrage te kunnen leveren aan de vereniging en ook mijn ideeën over letselschade op een andere manier met mensen te delen. Ik ben als het ware in ‘de letselschadewereld’ gerold. Tijdens mijn studie Rechten, werd ik benaderd met de vraag of ik een periode stage wilde lopen bij de toenmalige Stichting de Ombudsman. Daar maakte ik kennis met de praktijk en met name met medische aansprakelijkheid. Al snel werd duidelijk dat ik hier verder mee wilde en na mijn afstuderen kreeg ik een contract bij Stichting de Ombudsman. Daar combineerde ik het optreden in radio- en televisieprogramma’s met het behandelen van medische aansprakelijkheidskwesties. Later heb ik nog een korte periode als onderzoeker gewerkt, maar al snel werd mij duidelijk dat dit niet bij mij paste, want ik wilde problemen oplossen, onderhandelen, voor iemand ‘recht halen’. Omdat ik niet de ambitie had om advocaat te worden (procederen trok mij niet), ben ik gaan werken bij een rechtsbijstandverzekeraar. Daar kon ik mij weer bezig houden met medische aansprakelijkheid. In 2000 ben ik gaan werken bij Hofmans Letselschade. Daar werk ik nu nog steeds. Naast voorzitter van het NIS, sinds 2012, ben ik lid van het College van Advies van de Stichting Keurmerk Letselschade, vice-voorzitter van de NLE en lid van diverse commissies en projectgroepen van de Letselschade Raad. Als voorzitter van het NIS ben ik ook lid van het Platformoverleg van de Letselschade Raad.

Toen ik lid werd van het NIS werd mij nog meer duidelijk hoe wezenlijk netwerken is en hoezeer netwerken verbindend werkt. Tijdens NIS bijeenkomsten ontmoeten schaderegelaars elkaar en praten bij over bijvoorbeeld gezamenlijke dossiers, actualiteiten uit de letselschadebranche maar ook over hobby’s en vakanties. Die mix van zakelijk en persoonlijk maakt het NIS zo aantrekkelijk voor mij. Op een ontspannen manier in een veelal bijzondere omgeving (gastheren zoeken vaak prachtige locaties uit voor onze bijeenkomst) met elkaar sparren, discussiëren of bijkletsen. Dat is de grote kracht van het NIS: de vereniging verbindt mensen met kennis en mensen met elkaar. Dat is wat zo waardevol is en voor mij het NIS uniek maakt. Omdat wij 9 bijeenkomsten per jaar hebben, kun je ook andere gesprekken met elkaar hebben dan wanneer je elkaar maar eens per jaar ziet. Je hebt de gelegenheid om te verdiepen tijdens het eten of de borrel. Samenwerken en samendoen, dat zijn woorden die voor mij in de letselschade cruciaal zijn: partijen zoeken samen naar een oplossing.